Het CDA Dinkelland heeft schriftelijke vragen gesteld over de bijdrage die Dinkelland krijgt uit het gemeentefonds. Een aantal onderzoeken, onder meer door de Raad van de Financiële Verhoudingen heeft geleid tot een voorstel voor herverdeling van het gemeentefonds. Dat is de rijkspot, waaruit de gemeenten hun jaarlijkse bijdrage krijgen, waarmee een groot deel van de uitgaven kan worden bekostigd. Uit de onderzoeken is gebleken dat kleine plattelandsgemeenten, waaronder Dinkelland en Tubbergen, recht hebben op jaarlijks 129 miljoen euro meer geld uit het gemeentefonds. Kleine plattelandsgemeenten maken immers vanwege hun omvang hogere kosten per inwoner voor wegen- en groenonderhoud. Waarnemend minister Blok van BZK is slechts bereid een derde van dit bedrag, 43 miljoen, aan deze gemeenten te betalen. Het restantbedrag blijft bij de grote gemeenten.
Woordvoerder Edo van Bree: “Een aantal kleine gemeenten, voornamelijk in Zeeland, heeft een boze brief gestuurd naar de minister. Wij willen graag weten wat dit besluit van de minister de gemeente Dinkelland gaat kosten. En wij vragen het college van Dinkelland of zij nog actie willen ondernemen. Deze kleine gemeenten wordt wel 86 miljoen door de neus geboord door de minister. Het college heeft op 5 april 2016 een brief naar de Vereniging van Nederlandse Gemeenten medeondertekend, die erop aandringt bij de VNG om zich sterk te maken voor een eerlijke verdeling van het gemeentefonds. Maar dat heeft absoluut niet het gewenste resultaat opgeleverd. ”
Het besluit van de minister betekent dat er minder geld toegaat naar plattelandsgemeenten dan waarop zij recht hebben. “Het gaat al gauw om tienduizenden euro’s”, geeft Van Bree aan. “En dat geld besteden wij liever aan groen- of wegenonderhoud, of voor behoud van sport- en recreatieve voorzieningen.”
