Na een drukke ochtend en middag als mede-organisator van de Springendalloop van het OLC reisde Alphons Weierink nietsvermoedend terug naar Ootmarsum. In zijn agenda stond voor die middag nog les geven aan het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Dinkelland. In zijn rol als strenge meester ontving hij de vertegenwoordigers van de gemeente in het leslokaal van het schoolmuseum aan de Keerweer. De les begon ‘met de roe’, maar er klonk niet veel later gelach vanuit het klaslokaal. Het werd daar echter even stil toen burgemeester John Joosten ‘voor een calamiteit’ uit de klas werd geplukt door Hans van Zuilekom. Niet veel later had de burgervader de ambtsketting om en werden zijn klasgenoten, inclusief meester Alphons voor iets heel bijzonders naar buiten gehaald.

Het eindigde in een prachtige waardering voor Alphons Weierink, die zich Ridder mag noemen in de Orde van Oranje Nassau. De burgemeester sprak onder meer deze woorden:
“Excuses, meester Weierink, maar ik ga de rollen omdraaien. Ik neem uw les even over aangezien ik een belangrijke mededeling heb. We zijn vandaag te gast in het Schoolmuseum Ootmarsum voor een les van schoolmeester Weierink. Die les heeft het college van B&W van Dinkelland al een tijdje tegoed. Dat het even duurde voordat we daadwerkelijk naar het Educatorium afreisden, heeft alles te maken met iets belangrijks, maar daarover later meer. Dan zult u het begrijpen.
In Educatorium schoolmuseum Ootmarsum onderwijst u leerlingen-op-leeftijd. Iedereen gaat hier met een glimlach op het gezicht en een hoofd vol herinneringen de deur uit, met daarbij een onuitwisbare indruk van die strenge maar rechtvaardige schoolmeester Weierink.
Het museum is gesitueerd in het door u zo geliefde Ootmarsum, de plek waar u zich betrokken toont bij de inwoners. Dat doet u als mantelzorger voor meerdere mensen, maar ook middels het vastleggen van bijzondere gebeurtenissen, onder meer voor de website Ootmarsum Vroeger en Nu. We hebben allemaal uw troostrijke necrologieën wel eens gelezen.
En wat te denken van de verhalen die u opschrijft over de bewoners van Huize Franciscus? Mijmerend even terug in de tijd… Op deze manier draagt u bij aan de Ootmarsumse traditie van het vastleggen van de geschiedenis van de stad. Want daar zijn ze goed in hier.
Onderwerpen, die op uw lijf zijn geschreven zijn, nieuws, sport en geschiedenis. Voor zowel KOSC als de Ootmarsumse Lopersclub bent u al decennia een gewaardeerde vrijwilliger. Van KOSC-proat tot Lopende Zaken (mooie titel voor een hardloopclubblad trouwens): u brengt de verenigingen tot leven met tekst en foto’s. U staat bekend als iemand, die anderen weet te enthousiasmeren om ook te gaan sporten.
Vooral nieuws is de rode draad in uw leven, gestoeld op een oprechte interesse in mensen. Wat drijft ze, wie zijn ze, wat doen ze en waarom? Daarbij maakt het voor u niet uit of het hooggeplaatste personen zijn of niet; voor u zijn ze allemaal ‘nieuwswaardig’. Iedereen heeft zijn eigen, bijzondere verhaal en u bent degene, die hun verhalen vastlegt.

In dit kader wil ik een bijzonder project aanstippen, namelijk die van de bermmonumenten. Vanwege het verlies van uw zus deed u dit niet alleen als journalist, maar ook als lotgenoot.
Uiteindelijk waren er een serie verhalen én het boek Bermmonumenten. Ze dragen bij aan rouwverwerking, maken het grote, vaak stille verdriet na verkeersongelukken invoelbaar en tegelijkertijd vragen ze aandacht voor verkeersveiligheid en de waarde van herdenken in de openbare ruimte. Zo vervult Bermmonumenten een blijvende rol in het zichtbaar maken van menselijk leed én de kracht van herinnering.
Uit uw werk als journalist voor dagblad Twentsche Courant Tubantia ontwikkelde zich ook een bijzondere band met de zusters Franciscanessen in Denekamp. Oorspronkelijk was u daar voor uw werk. We maakten destijds via u kennis met de drie jonge zusters, die vanuit Indonesië naar Denekamp kwamen, wat een impuls voor de congregatie betekende. Sindsdien breidde uw betrokkenheid zich steeds meer uit. De Zusters Franciscanessen hebben zich kunnen herpositioneren als een vitale en toekomstgerichte religieuze gemeenschap. Recent voorbeeld is het uitverkochte jubileumconcert van de zusters ter ere van het 150-jarig bestaan van de congregatie.
Ik blik ook graag terug op het jubileum 100 jaar Twents Carmellyceum in Oldenzaal. U was de centrale figuur achter het jubileumboek ‘100 jaar Carmel’, uitgegeven ter ere van het eeuwfeest. Het werd een eerlijke en gelaagde weergave van een instituut dat al een eeuwlang verankerd is in de samenleving. Er was veel tijd, grote toewijding en flink organiserend vermogen voor nodig om te komen tot een publicatie van blijvende historische waarde voor de regio, maar het is zeker gelukt.
Terug naar Oatmössche.
Er staan in Ootmarsum nogal wat evenementen op uw naam. De Molenloop en de Springendalloop bijvoorbeeld – altijd tot in de puntjes verzorgd dankzij de voorzitter van de evenementencommissies; u dus. Het Weihnachtsfest van OLC is ook zo’n voorbeeld. Laat ik vooral niet vergeten om de kerstconcerten in de Simon- en Judaskerk noemen.
En natuurlijk Kijk op Ootmarsum.
De schoonheid van Ootmarsum is als nooit tevoren vastgelegd op zo’n laagdrempelige, kunstzinnige manier als in ‘Kijk op Ootmarsum’, geïnspireerd op de 17e-eeuwse schilderijen van meesters als Jacob van Ruisdael en Meindert Hobbema. Het werd een culturele en kunstzinnige manifestatie met bovenregionale impact. In zijn geheel door u gestart, geregeld en verzorgd. Een breed publiek – inwoners, toeristen, amateurs én professionele kunstenaars – werd opgeroepen om hun eigen artistieke blik op Ootmarsum te verbeelden. Open deelname voor iedereen dus – ongeacht achtergrond, woonplaats of ervaring.
De oproep kreeg een overweldigende respons: honderden inzendingen werden ingestuurd. Duizenden bezoekers maakten gebruik van de mogelijkheid om de ingediende kunstwerken te bewonderen. De manifestatie werd een ware sensatie.
Het project bracht niet alleen mensen samen, maar vervulde ook een diepgewortelde wens om de identiteit en creativiteit van Ootmarsum op een eigentijdse manier te tonen – iets waar de Ootmarsummers met recht ontzettend trots op zijn. Alle ingezonden werken zijn in een prachtig boek uitgegeven. Met ‘Kijk op Ootmarsum’ heeft u op bijzondere wijze de verbinding weten te leggen tussen kunst, geschiedenis, gemeenschap en toekomst.
Uw liefde voor de Siepelstad komt overigens ook prachtig tot zijn recht als u weer eens als stadsgids voor de VVV op pad bent. Met enthousiasme, humor en beeldende verhalen weet u bezoekers te boeien. Ondertussen draagt uw echtgenote Thea bij aan die ervaring door een glaasje boerenjongens te serveren.
Als gastheer leidt u menigeen rond door het stadje dat zo enig en anders is, zo kunstzinnig en gastvrij. Onlangs nog een grote delegatie Overijsselse burgemeesters. Gekscherend werd het een schoolreisje voor burgemeesters genoemd. Maar wat was ik ondertussen trots dat ‘mijn’ gemeente zo mooi werd gepresenteerd, uiteraard met het glaasje boerenjongens. Het was Ootmarsumpromotie in optima forma. Met meneer Alphons Weierink als leidende gids.
Meneer Weierink, met uw tomeloze inzet en liefde voor de Siepelstad bent u een soort ambassadeur voor Ootmarsum. Uw bijdrage aan het toerisme en het culturele leven maakt u een waardige kandidaat voor een onderscheiding.
En het is leuk om te vertellen dat uw voordracht mede is gedaan door ons, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dinkelland, met als kartrekker meneer Van Zuilekom.
Uw les in het schoolmuseum vandaag is voor ons een prachtig symbolisch moment om de rollen eens om te draaien. Normaal geeft u de les, nu krijgt u een lesje in ontvangen. In dit geval een Koninklijke onderscheiding.
Ik ben zeer verheugd u te mogen mededelen dat u een onderscheiding ontvangt die passend is bij de impact van uw werk. Het heeft zijne majesteit de Koning behaagd u te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau.”
In het schoolmuseum werd geklapt voor de nieuwe Ridder en er klonk vervolgens het ‘Lang zal hij leven’. Alphons Weierink liet weten totaal verrast te zijn met deze onderscheiding. “Normaal kom ik best uit mijn woorden, maar dit keer weet ik even niet wat ik moet zeggen.” Harmonie Caecilia begeleidde vervolgens de ridder met zijn gezin en de verdere genodigden naar Pieckfijn waar iedereen hem de hand kon schudden.
















