Tussen 2005 en 2020 is in Overijssel het autobezit per huishouden toegenomen met 10,4%. Het aantal auto’s per huishouden stijgt hiermee sneller dan de landelijke toename van 9,1%. Op gemeentelijk niveau was de grootste stijging te zien in Steenwijkerland: hier hadden huishoudens zelfs gemiddeld 19,2% meer auto’s. Dit en meer blijkt uit onderzoek van Independer op basis van meest recente CBS-data.
Grootste toename autobezit in Steenwijkerland
Ondanks dat overal in Overijssel het aantal auto’s per huishouden toenam, zijn er grote verschillen per gemeente. Zo was de afgelopen 15 jaar de grootste toename in het autobezit te zien in Steenwijkerland. Hier nam het aantal auto’s per huishouden toe van 0,98 naar 1,17 (+19,2%). Ook in de gemeenten Zwartewaterland (+18%) en Raalte (+17,5%) nam het aantal auto’s op de oprit sterk toe.
In Enschede nam het aantal auto’s per huishouden relatief het minst toe. Hier heeft men gemiddeld 3,5% meer auto’s in bezit dan 15 jaar geleden.
Meeste auto’s in Staphorst maar Tubbergen scoort ook hoog
In Overijssel hebben huishoudens gemiddeld 1,06 auto’s op de oprit staan. Dit zijn er 10,7% meer dan het landelijke gemiddelde van 0,96 auto’s per huishouden. In Staphorst heeft men – gemiddeld gezien – de meeste auto’s. Per huishouden staan hier gemiddeld 1,46 auto’s op de stoep: ruim de helft meer dan het landelijk gemiddelde (+53,3%). Ook in Tubbergen (+45,6%) en Dalfsen (+42,8%) heeft men over het algemeen meer auto’s dan gemiddeld.
De hoge aantallen in deze gemeenten zijn deels te verklaren door de relatief grote afstand die de inwoners afleggen voor basisbehoeften. Zo moet men hier gemiddeld minstens dubbel zo ver rijden naar een grote supermarkt dan in Enschede, waar het autobezit dan ook veel lager ligt (0,82 auto’s per huishouden).
Meer informatie over het autobezit per gemeente is te lezen op https://www.independer.nl/autoverzekering/info/onderzoek/toename-autobezit